|
februari 2010
Gabi Prechtl Tien jaar Kunst en Bedrijf
Weg uit de veilige kunstcocon
Kunst en Bedrijf bestaat in de huidige vorm tien jaar. In die tijd werden 200 kunstwerken gerealiseerd ter waarde van 15 miljoen euro. Gabi Prechtl, die tien jaar geleden de eerste eigenaar-directeur werd, zette een koersverandering in: "Kunst is meer dan een werk op een sokkel."
Kunst en Bedrijf, het oudste kunstadviesbureau van Nederland (opgericht in 1950), hield zich in haar advies bezig met het hele scala van collectievorming tot kunst in opdracht. Inmiddels is de markt van kunstaankopen sterk geprofessionaliseerd en zijn er veel private adviseurs bijgekomen. Prechtl: "Dat was anders in de sector van de kunstopdrachten waar overheden als opdrachtgevers nog de boventoon voerden. Toch zag ik tegelijkertijd een terugtredende overheid die meer aan de markt overliet. Ik zag zoveel kansen voor kunstopdrachten die totaal onbenut bleven. Het betekende dat we erop af moesten, weg uit de veilige kunstcocon, de echte wereld in. We gingen de relatie aan met een potentiële opdrachtgever van formaat: de vastgoedsector. Omdat daar waar gebouwd wordt kunstopdrachten kunnen meeliften met de bouwactiviteiten. Het bleek een complexe wereld die voor ons kunstadviseurs niet zo simpel te doorgronden was."
Wat was er moeilijk aan?
"De sector is niet gewend om kunst op te nemen in projecten. We hebben het nodige missie- en pionierswerk moeten verrichten, maar inmiddels begrijpt men wel wat de toegevoegde waarde van kunst kan zijn. Maar die kennis omzetten naar daadwerkelijke opdrachten gebeurt nog maar mondjesmaat. Het is een pittige klus om het commitment voor kunstopdrachten dat we op directieniveau ontmoeten, financieel doorvertaald te krijgen op projectniveau."
Wat kan kunst dan betekenen?
"Men lijkt soms te denken 'in kunst kan je niet wonen'. Maar kunst maakt wel degelijk het verschil, zoals onze slogan luidt. Gebiedsontwikkeling gaat over het creëren van gebieden waar mensen graag wonen, werken en verblijven. En juist op die manier analyseren wij als kunstadviseurs stedenbouwkundige plannen en ontwerpen voor gebouwen en de openbare ruimte. Wij kijken op ervaringsniveau. Heel vaak blijkt dat juist vanuit de beeldende discipline opdrachten kunnen worden toegevoegd die een plek meer identiteit geven of een gebouw 'leesbaarder' maken. Noem het 'de menselijke maat'. Vergis je niet in de kracht en uniciteit van een goed kunstwerk dat versmelt op zijn plek."
Voor landschapsarchitectuur is inmiddels meer aandacht bij het ontwikkelen van projecten. Geldt dat ook voor kunst?
"Kunstopdrachten vormen nog teveel het sluitstuk van het proces. Vaak denkt men nog: kunst komt wel als het gebouw of het gebied klaar is. En niet zelden komen we pas in beeld als er een probleem wordt vastgesteld. Raar genoeg denkt men dan wèl direct aan kunst. Ik heb het afgeleerd om daar mijn neus voor op te halen, omdat ook daar hele mooie dingen uit voort kunnen komen, zoals de kunstopdracht op een dak van 8000 m2 bij het ING hoofdkantoor op de Amsterdamse Zuidas. Daar heeft de kunstenaar Diederik Klomberg een prachtig uitzicht gecreëerd voor al die mensen die daar zijn komen werken.
Maar liever zie ik dat er tijdig over de toepassing van kunst en vormgeving wordt nagedacht, zodat het geïntegreerd kan worden in een ontwerp en kan worden meegenomen in de uitvoering. Dat komt niet alleen de mogelijkheden - en daarmee de kwaliteit van het project - ten goede, maar is ook vaak goedkoper omdat je de budgetten kan combineren."
Inmiddels heeft de economische crisis vooral de vastgoedsector hard geraakt. Dat moet een effect hebben op kunstopdrachten.
"Opdrachten kwamen nooit vanzelf. Kunst en Bedrijf is pro-actief in haar acquisitie en heeft altijd hard moeten werken om opdrachten binnen te halen. Maar nu bouwprojecten niet van de grond komen, merken wij dat natuurlijk ook. Aan de andere kant geeft het ook kansen. In de hoogconjunctuur hoefden ontwikkelaars niet écht na te denken over hoe mensen willen wonen; projecten werden toch wel verkocht. Nu moeten ze dat wel en zie je dat de vastgoedsector zich aan het herpositioneren is. Opeens blijkt dat onze aanpak precies gaat over die zaken die nu belangrijk worden gevonden. Wij kunnen de bouwsector dus van dienst zijn. Bovendien is het nu voor projectontwikkelaars en woningcorporaties belangrijk voor de verkoopbaarheid dat hun projecten zich onderscheiden. En zoals gezegd, juist kunst heeft dat onderscheidend vermogen bij uitstek. Dat zie je heel goed bij het complex 'Jatopa', een woningbouwproject in het kader van de stedelijke vernieuwing in de wijk Slotervaart, in Amsterdam Nieuw West. Daar zijn ornamenten aangebracht in de gevels, die bijdragen aan de eigenheid en identiteit van de gebouwen in deze 'Vogelaarwijk'. De woningen waren ook binnen korte tijd verkocht. Niet voor niets werd dit project door journalist Bernard Hulsman in een publicatie van Far West geroemd als '..het voorlopig hoogtepunt van de terugkeer van het ornament in de Nederlandse architectuur'.
Is het niet ook een kwestie van 'onbekend maakt onbemind'?
"Dat speelt zeker ook een rol. We zijn voortdurend bezig om uit te leggen dat kunst iets anders kan zijn dan een schilderij aan de muur of een werk op een sokkel. De toepassingsgraad van kunstopdrachten is zo breed als de kunst zelf en dat blijkt veel breder te zijn dan mensen kunnen bedenken. Een mooi voorbeeld is de Elisabethhof in Oostvoorne, waar we de kans hebben gekregen van de gemeente en projectontwikkelaar om een integrale pleininrichting te laten maken. Wij kozen voor de kunstenaar Paul de Kort die een prachtig totaalontwerp heeft gemaakt voor een plein met een bijzondere bestrating, zitelementen, beplanting en passend straatmeubilair.
Of het Reidingpark in Drachten. Dat wordt op dit moment grondig gerenoveerd. Het groen is flink onder handen genomen door de gemeente, maar de 'hardware' is als ontwerpopgave via ons uitgegeven. De ontwerper Wim Poppinga heeft voor het park een monumentaal hedendaags amfitheater ontwikkeld. Ook hebben wij voor elkaar gekregen dat hij twee nieuwe bruggen heeft mogen ontwerpen die qua uitvoering nog goedkoper blijken te zijn dan bestaande bruggen die 'van de plank' worden gekocht. En ook hier is de ontwerper uitgenodigd om met zijn visie passend straatmeubilair uit te zoeken. Het heeft tot een sterk en helder ontwerp geleid dat het park een geheel nieuw leven zal geven.
Ik ben buitengewoon trots op dit soort projecten die zo midden in het leven staan. We zien ook dat bedrijven, scholen of gemeentes waar we een opdracht hebben gedaan, terugkomen voor nieuwe opdrachten. De klanttevredenheid is hoog. Bekend maakt bemind, zou je kunnen zeggen!"
Speelt de overheid hier nog een rol in?
"Het zou helpen als de overheid de beeldvorming over kunst en de rol die zij kan vervullen in de maatschappij blijvend zou willen stimuleren. De politiek heeft hierin een voorbeeldstellende functie. In de tijd dat Rick van der Ploeg staatssecretaris van cultuur was, was er veel aandacht voor kunst in de openbare ruimte. Maar het is hem niet gelukt om die aandacht op de politieke agenda als hefboom te gebruiken voor echte veranderingen die ervoor zorgden dat de kunst en de markt een stevige alliantie konden aangaan. De tijd was er kennelijk nog niet rijp voor.
Hoe anders is het nu als we kijken naar de huidige discussie rondom de creative industry en de succesvolle lobby voor design, die Dutch Design wereldberoemd heeft gemaakt. Wat mij betreft ligt de focus daarbij teveel op design, in plaats van de beeldende discipline als geheel.
Inmiddels is ook aangetoond dat de creatieve sector economisch daadkrachtig kan zijn. De komst van steeds meer projecten die in PPS - publiek/private samenwerking - worden aanbesteed, zouden tot interessante kruisbestuivingen kunnen leiden waarbij de private markt langzaamaan overtuigd wordt."
Hoe ziet de toekomst voor Kunst en Bedrijf eruit?
"We hebben spannende acquisities lopen van grote projecten die er toe doen. Plekken met een grote publieke presentatie, die door veel mensen gezien en beleefd kunnen worden. Het is natuurlijk prachtig wanneer je werk zo zichtbaar wordt. Zoals de olifanten langs de A6 bij Almere, een kunstwerk van Tom Claassen uit 1999, dat via ons tot stand is gekomen. Dit werk kent bijna iedereen en levert tot op de dag van vandaag veel respons op.
We zullen ons vol overtuiging sterk blijven maken voor een volwaardige plek voor de beeldende discipline in de gebouwde omgeving en inrichting van de openbare ruimte. En ik weet zeker dat het slechts een kwestie van tijd is dat we definitief aan tafel zitten, want er is nog een wereld te winnen. De projecten waaraan we nu werken tonen dat onomstotelijk aan.
Verder pakken we draad weer op voor kunstopdrachten in het onderwijs, waar we sinds de jaren '80 een stevig track record hebben. Dank zij de inzet van het Fonds voor Beeldende Kunst, Vormgeving en Bouwkunst wordt er weer een ondersteunende regeling voor het onderwijs in het leven geroepen. Binnenkort zullen we hierover uitgebreid communiceren.
Ook bij ziekenhuizen en zorginstellingen zie ik volop mogelijkheden. Met onze vergrijzende samenleving zal het beroep dat op de zorg gedaan wordt alleen maar toenemen. De ontwikkelingen die in deze sector aan de gang zijn, bieden zeer interessante aanknopingspunten.
Kortom, de kansen voor kunstopdrachten liggen nog steeds 'op straat'. En wij pakken ze graag op!"
Terug naar overzicht nieuwsberichten |
|
 |
|
|